Ook je meester of juf mag in de les van alles aan jullie laten zien: boeken, films, muziek, plaatjes, foto's en ander werk waar iemand auteursrecht op kan hebben. Dat hoeven zij niet telkens eerst aan de makers te vragen.
Voor gebruik buiten de les, bijvoorbeeld muziek voor een schoolfeest, en voor kopieën van kleine stukjes uit boeken of tijdschriften die in de les worden gebruikt zijn er goede afspraken gemaakt. De scholen betalen daar een bedrag voor, dat weer wordt verdeeld onder de creatieve makers zoals schrijvers, tekenaars, filmmakers en muzikanten. Zo kunnen jullie op school heel veel leren en leuke dingen zien en horen, en krijgen de makers toch nog een beloning voor hun werk.
Denk er aan dat je altijd de naam van de maker bij het plaatje of de tekst zet. Noem ook de bron als dat kan, dat is de plaats waar je het gevonden hebt. Bijvoorbeeld het boek waar het in staat, of de webpagina.
Je werkstuk ook op internet?
Voor een werkstuk op school mag je plaatjes van internet gebruiken. Dat is omdat je zo'n werkstuk alleen voor school maakt. Als je je werkstuk voor school ook op internet zet, bijvoorbeeld op Facebook of Instagram, kunnen heel veel mensen het bekijken. Het blijft dan niet meer alleen binnen de school. Heb je plaatjes of teksten in je werkstuk gebruikt waar iemand anders auteursrecht op heeft, dan moet je even goed opletten:
- Heb je de plaatjes of teksten alleen gebruikt om iets in jouw eigen tekst te verduidelijken of te bewijzen? Dan zijn het misschien "citaten". Een citaat opnemen mag, als je je tenminste aan alle regels daarvoor houdt. Een belangrijke regel is bijvoorbeeld dat je de naam van de auteur of maker en de bron erbij zet. Wat citeren precies is en wat de regels zijn, lees je
hier.
- Heb je de plaatjes of teksten alleen als versiering gebruikt? Dan heb je wel toestemming van de makers nodig als je je werkstuk op internet wilt laten zien.
Voor juffen en meesters: